Skip to main content
| Guido Quaghebeur | Nieuws

Kaasjeskruiddikkopje

Het kaasjeskruiddikkopje was een zeldzame verschijning in Vlaanderen, maar de ietwat onopvallende vlinder is aan een ware opmars bezig! Steeds vaker wordt het vlindertje in tuinen waargenomen, tot in onze regio.

Hoe kan je het kaasjeskruiddikkopje herkennen? De voorvleugellengte van het kaasjeskruiddikkopje is ongeveer 14 mm. Het kaasjeskruiddikkopje heeft een onopvallende, bruine kleur, met verschillende donkere en lichtere velden. De achterrand van de achtervleugel lijkt een gekartelde rand te hebben. Kaasjeskruiddikkopjes hebben ongeveerde antennes, met een gehaakt sprietknopje. De onderkant van de achtervleugel is groenachtig wit, met witte vlekken. Het bruin dikkopje is een gelijkende soort maar heeft een minder grove tekening op de bovenkant van de vleugels.

Wat eet het kaasjeskruiddikkopje? De vlinder doet zich tegoed aan de nectar van verschillende planten.

Wat eet de rups van het kaasjeskruiddikkopje? De rups van het kaasjeskruiddikkopje vind je vooral op verschillende soorten kaasjeskruid en heemst terug.

Waar leeft het kaasjeskruiddikkopje? Tot de jaren 50 was de soort een zeldzame verschijning in Vlaanderen en Nederland. Sinds 2009 is de soort hier aan een stevige opmars bezig. Voor het eerst werd dan de voortplanting van de vlinder waargenomen in Vlaams-Brabant. Nu is de vlinder vrij regelmatig te zien in alle regio’s (tot diep in West-Vlaanderen) en ook in de voortplanting doet het kaasjeskruiddikkopje het goed. 

Hoe plant het kaasjeskruiddikkopje zich voort? De vlinder brengt hier twee, in sommige gevallen drie, generaties voort. De eerste generatie vliegt vanaf eind mei en plant zich bijna onmiddellijk voort. De tweede generatie vliegt in de zomer en plant zich ook nog eens voort. Het kaasjeskruiddikkopje overwintert als rups in de strooisellaag, pas in het voorjaar vindt de verpopping plaats.

Bron: Natuurpunt foto: Guido Quaghebeur